Het Merwedekanaal in Utrecht. Links woonschepen, rechts arken. Achterin is nog plek voor nieuwe ligplaatsen.
Utrecht laat minstens een miljoen euro liggen door geen ligplaatsen voor woonboten aan te wijzen op het Merwedekanaal. Volgens de gemeente zijn er geen concrete plannen voor ligplaatsen, terwijl er wel vraag is vanuit de stad. Vaarwegbeheerder Rijkswaterstaat ziet er ook geen heil in.
Groenlinksraadslid Pepijn Zwanenberg woont zelf op een woonschip aan de Keulsekade en ziet graag meer ligplaatsen: “We kunnen meer plaatsen voor schepen creëren, want er is voldoende ruimte. Ik ben vooral voorstander van historische schepen. Maar er ligt geen plan.”
De zones aan de Keulsekade en de overgelegen Kanaalweg in Utrecht West zijn groot genoeg voor minstens tien extra ligplaatsen. De ligplaatsen in de nieuwe Veilinghaven werden destijds voor 100.000 euro per stuk verkocht, de plekken aan het Merwedekanaal zouden minstens zoveel waard zijn. De ligplaatsen werden in het verleden gebruikt door vrachtschepen die aanmeerden voor de Cereolfabriek. Na het sluiten van deze sojaverwerker kwamen er plekken vrij, maar deze mogen van Rijkswaterstaat niet gebruikt worden voor woonschepen.
Makelaar en woonbootbewoner Niek van der Sluis van Drijvend Wonen denkt dat de plekken op het Merwedekanaal gewild zijn: “In heel Utrecht zijn ongeveer 300 ligplaatsen, die niet vaak vrijkomen. Er is zeker belangstelling voor het krijgen van een ligplaats, waar iemand zelf een woonboot, ark of schip kan neerleggen. De vraag is groter dan het aanbod. Maar de gemeente vindt blijkbaar dat ze daar niks mee hoeven doen. En dat terwijl het wonen op het water erg bijzonder is. Je woont dichtbij de natuur, maar ook in de stad. En je woont vrijstaand, of eigenlijk vrijdrijvend.”
Woordvoerder Sylvia Bos van Rijkswaterstaat vertelt: “Het is officieel nog steeds een vaarroute voor de scheepvaart, zelfs nu de fabriek gesloten is. Daarom wil Rijkswaterstaat geen extra ligplaatsen. Er is ooit sprake van geweest dat Utrecht het beheer zou overnemen, waarom dat niet gebeurd is, weet ik niet. Momenteel ligt er bij ons geen verzoek omtrent ligplaatsen.”