Woonbootbewoners vertellen hun verhaal

In Coverstory by Tessa HeerschopReageer

Nederland telt ruim 20.000 waterbewoners. Sommigen zien hen als armoedzaaiers, anderen als alternatieve vrijbuiters of als wateryuppen. Ze wonen in historische schepen, gepensioneerde binnenvaartschepen, ruime watervilla?s of klassieke woonarken. Veel mensen met vaste grond onder hun voeten zouden wel eens willen weten hoe het is om op een woonboot te wonen. Is het klein? Word je zeeziek? Hoe is het in de winter? Op wat voor schepen kun je wonen? Waar staat je brievenbus? Hoe onderhoud je de woonboot? Waar blijft het rioolwater? Op deze en andere vragen krijgt de bezoeker antwoord in de tentoonstelling ‘Wonen op Water’. Dat het wezenlijk verschilt van wonen op het vaste land is duidelijk. Als woonbootbewoner kun je met je eigen huis op vakantie gaan, je huis kan zinken en zelfs midden in de stad lijkt het verkeer op de wal soms ver weg wanneer je vanuit je woonboot over het water uitkijkt.

Woonboten en hun bewoners
Deze familietentoonstelling laat museumbezoekers het typisch Nederlandse wonen op het water van vandaag de dag beleven. Jong en oud bekijkt gedetailleerde modellen van bijvoorbeeld een woonark, woonschip, schark en waterwoning. En zo verschillend als de woonboten zijn, zo divers zijn ook hun bewoners, maar één ding hebben ze gemeen: hun passie voor het wonen op water. Families maken, in de speciaal voor deze expo gemaakte human interest films, kennis met verschillende woonbootbewoners: Waarom wonen ze op het water? Hoe wonen ze? Wat houdt ze bezig?

Audrey: ‘Als je op het water woont, ben je je meer bewust van het seizoen en weer’.

Roel: ‘Ik ben architect, maar voel me ook een schipper. Mijn spits is gemaakt voor Franse sluizen. Mijn droom is daarom eens door de Franse kanalen te varen’.

Klaas: ‘Het lijkt net of je in een dorpje terecht komt, maar je voelt je heel vrij’.

Liesbeth: ‘Als we niet zouden zijn aangemeerd, liggen we volgende week aan de overkant. Hoe leggen we dat uit aan de postbode?’

Sofia (8): ‘Als ik later groot ben wil ik ook op een woonboot wonen. Op een flat heb je geen tuin en bij een gewoon huis kun je niet schaatsen of zwemmen’.

Zeno (16): ‘Ik vind het heerlijk om van het schip in het water te springen om te zwemmen. Het is wel vies, want wij lozen (wel door een pomp vermalen) onze WC erin, maar je moet ook een beetje risico durven nemen in het leven’.

Even binnen gluren
Families ontdekken spelenderwijs in deze tentoonstelling alles over deze woonvorm en kunnen voor zichzelf bepalen of het misschien ook iets voor hen is. Ze proberen rechtop te staan in de piepkleine hut die dienst doet als kinderkamer, zoeken met een kardanisch spel uit waar de meubels moeten staan zonder dat de woonboot scheef gaat hangen of creëren hun ideale uitzicht met een schaduwspel. Het worden bovendien echte insiders wanneer ze zich verdiepen in de techniek en het onderhoud van een schip op de helling of zien wat echte gadgets zijn voor waterbewoners, zoals een dobber voor aan je sleutelbos of een reddingsvest voor de hond. Bovendien zijn veel van de typen woonschepen, die in ?Wonen op Water? worden behandeld, te zien in de grootste museumhaven van Nederland. Deze maakt deel uit van Het Havenmuseum, waarmee we, vooruitlopend op ons samengaan, voor deze expo al intensief hebben samengewerkt.

 

Tessa HeerschopWoonbootbewoners vertellen hun verhaal

Reageer